SFDR-verklaring
Duurzaamheidsbeleid
In overeenstemming met de SFDR en de Taxonomie Verordening dient Beheerder, als beheerder van beleggingsinstellingen, informatie te verstrekken over duurzaamheid met betrekking tot de beheerde fondsen. Deze paragraaf voorziet in de benodigde informatie met betrekking tot de Participaties.
Kwalificatie Participaties
Het Fonds promoot geen ecologische of sociale kenmerken (‘lichtgroene beleggingen’ als bedoeld in artikel 8 SFDR) en heeft ook geen duurzame belegging tot doel (‘donkergroene beleggingen’ als bedoeld in artikel 9 SFDR). De onderliggende beleggingen van dit financiële product houden geen rekening met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten.
Beleid ten aanzien van duurzaamheidsrisico’s
Beheerder erkent dat (verwezenlijking van) duurzaamheidsrisico’s een mogelijk negatief effect op de waarde van de belegging kunnen veroorzaken. Een duurzaamheidsrisico is, kort gezegd, een gebeurtenis op ecologisch, sociaal of governance gebied (ESG-gebied) die een negatief effect kan hebben op de waarde van de Participaties. Duurzaamheidsrisico’s op ecologisch gebied zijn bijvoorbeeld op CO2-uitstoot, energieverbruik en biodiversiteitsverlies. Bij duurzaamheidsrisico’s op sociaal gebied kan bijvoorbeeld gedacht worden aan product aansprakelijkheden en eerbiediging van mensenrechten. Als het gaat om duurzaamheidsrisico’s op governance gebied, dan kan gedacht worden aan inclusiviteit en diversiteit, beloning en bedrijfsethiek. Beheerder integreert duurzaamheidsrisico’s in een beperkte mate in beleggingsbeslissingen. De wijze waarop duurzaamheidsrisico’s worden geïdentificeerd en geïntegreerd in de beleggingsbeslissingen is beschreven in deze paragraaf.
Ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren niet in aanmerking genomen
Beheerder houdt geen rekening met de ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren en stelt daarom niet jaarlijks een zogenoemde principal adverse sustainability impact statement (PAI) op. Zoals hiervoor aangegeven, promoot het Fonds geen ecologische of sociale kenmerken en heeft het Fonds geen duurzame beleggingen tot doel. Het in aanmerking nemen van ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren zou betekenen dat de Beheerder over benodigde informatie moet beschikken om deze factoren in aanmerking te kunnen nemen en hierover te rapporteren. De benodigde informatie is op dit moment niet beschikbaar binnen Beheerder. Voor het verkrijgen van dergelijke informatie zou de Beheerder (kostbare) maatregelen moeten treffen. Dit acht Beheerder, in ieder geval op dit moment, disproportioneel. Gezien de omvang van Beheerder en de fase waarin Beheerder zich bevindt, is Beheerder van mening dat de kosten die voor een PAI-statement moeten worden gemaakt niet in verhouding staan tot de baten. Voorgaande neemt niet weg dat de Beheerder het besluit om geen ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren kan heroverwegen, indien zich relevante omstandigheden voordoen. Bijvoorbeeld indien het merendeel van de investeerders verzoekt om een PAI. Dit wordt op het moment van publicatie van deze informatie echter niet voorzien.
Duurzaamheidsrisico’s en het beloningsbeleid
Beheerder is onder het AIFMD-registratieregime niet verplicht tot het hanteren van het wettelijk voorgeschreven beloningsbeleid. Beheerder heeft ervoor gekozen, onder andere gezien de aard en omvang, geen vrijwillig beloningsbeleid op te stellen.